Wordt er binnenkort een Landbouwakkoord getekend? Ik heb werkelijk geen idee. En of het
erg is als dat er niet komt, weet ik eigenlijk ook niet. Waar ik wel van overtuigd ben, is dat de veestapel de komende jaren gaat krimpen. LTO en NAJK verzetten zich daar ook niet meer tegen. Ja, vast wel tegen de grootte en snelheid van krimp, maar niet tegen het feit dat er krimp komt.
Ik begrijp dat laatste wel. De politieke en maatschappelijke druk is dermate hoog dat enige
krimp onafwendbaar is. Wat ik echter niet begrijp, is dat het krimpscenario zich de laatste jaren meer en meer op de melkveehouderij richt en veel minder op de intensieve diersectoren.
Nou ja, ik begrijp het wel maar het klopt volgens mij niet. Ammoniakuitstoot is nu, vanuit
de stikstofdiscussie, de leidende factor wanneer er over de krimp van de veestapel wordt
gesproken. Melkvee loopt buiten of in relatief open stallen en hun emissie slaat dus neer in de omgeving. Terwijl intensieve dierhouderij zich veel meer in gesloten systemen afspeelt, waar de emissies grotendeels worden weggevangen.
Wat mij echter al vier jaar lang verbaast, zolang de stikstofdiscussie inmiddels voortduurt,
is de zeer geringe aandacht die er in dit stuk van zaken is voor de input van grondstoffen
van buiten onze landsgrenzen. En dan vooral grondstoffen geïmporteerd van buiten de
EU. Het simpele principe: ‘wat er niet in komt, komt er ook niet uit’, gaat bij de meeste
emissies namelijk wel degelijk op. En waarvoor is die input van grondstoffen van buiten de
EU vooral bestemd? Juist, voor de intensieve veehouderijsectoren.
Begrijp mij goed, ik heb niets tegen varkens-, kalver- of pluimveehouders. Waar ik wel
wat op tegen heb, is dat de melkveesector straks relatief gezien misschien wel meer moet
krimpen dan de intensieve diersectoren. De melkkoe, die grotendeels grondgebonden is
en dus voer uit eigen land krijgt voorgeschoteld, moet meer bloeden dan de varkens, kippen, geiten en vleeskalveren. Hoe is dat in vredesnaam mogelijk?
Het wrange is: dat heeft de melkveehouderij voor een belangrijk deel aan zichzelf te wijten. De melkveehouderij die al decennialang, tot op de dag van vandaag, niet durft uit te spreken dat er inderdaad te veel landbouwhuisdieren in Nederland zijn: namelijk varkens, kippen en kalveren. Het verlies van derogatie, door een vermeend overschot aan dierlijke mest en de daaraan gekoppelde problemen met waterkwaliteit, had nooit zo veel discussie opgeleverd als de melkveehouderij niet keer op keer de intensieve diersectoren de hand boven het hoofd had gehouden.
Waarom melkveehouders en hun voormannen en –vrouwen dat doen? Waarschijnlijk omdat ze menen solidair te moeten zijn. Een nobel standpunt, maar op z’n minst naïef. Want nu het de komende jaren echt op krimp van de veestapel aankomt, mag de melkveehouderij waarschijnlijk de grootste klappen opvangen.
De melkveehouderij heeft zich een zachte heelmeester getoond. Of beter gezegd: ze heeft verzuimd zelf als heelmeester op te treden. Het leverde stinkende en dure wonden op.