Melkveehouder Arno Bokma (46) moest lange tijd niks hebben van gescheiden mest als boxbedekking. Toen de strooiselkosten fors opliepen, besloot hij biobedding een kans te geven.
Sinds 1930 boeren de Bokma’s aan de Scharren in het Friese Scharsterbrug. Arno Bokma is de vierde generatie op het familiebedrijf. De opgewekte melkveehouder heeft de afgelopen jaren enkele flinke stappen voorwaarts gezet. Begin dit jaar nog nam hij 45 koeien over van de buurman. Naar verwachting levert Bokma dit jaar ruim 1,3 miljoen liter VLOG-melk aan coöperatie FrieslandCampina. Ter vergelijking: toen de melkveehouder jaren geleden van school kwam en thuis aan de slag ging, leverde het bedrijf 400.000 liter melk.
De ingebruikname van de 2×11 rapid exit-melkstal in 2005 is een belangrijke stap geweest, memoreert Bokma. ‘We hebben jarenlang last gehad van zwerfstroom vanuit de betonvloer. Dat zorgde voor veel problemen. Met de komst van de nieuwe melkstal is alles opnieuw geaard. ‘We zijn van de hel in de hemel beland’, heeft mijn vader weleens gezegd.’
In 2019 nam Bokma een nieuwe serrestal in gebruik. Het jongvee werd toen na vijftien jaar weer naar huis gehaald. Sinds begin dit jaar staat het jongvee aan de andere kant van de weg, in de stal van de buurman.
Eyecatchers
Tijdens een rondleiding op het bedrijf springen enkele zaken in het oog. De melkstal bevindt zich in de oude boerderij, iets wat je niet vaak ziet. Boven de melkstal hangt een grote ventilator. Bokma: ‘De temperatuur kan hier ’s zomers flink oplopen, zeker met 22 koeien om je heen. De ventilator helpt ook tegen vliegenoverlast.’
Vanuit de serrestal lopen de koeien via een doorgang naar de oude boerderij. De wachtruimte is ietwat aan de krappe kant, zo erkent ook Bokma. Inclusief schoonmaken en het nalopen van de ligboxen is hij 2,5 uur aan het melken. De melkveehouder besteedt wekelijks meerdere melkbeurten uit, vooral ’s middags. In totaal werkt hij daarbij met vier verschillende melkers.
‘De dunne fractie is erg goed opneembaar voor de plant’
Naast de melkstal is ook de nieuwe skybox een ware eyecatcher, waarbij met name de grote raampartijen opvallen. Vanuit deze kantoorruimte/kantine kijkt de melkveehouder uit over het ruime strohok. ‘Een paar handige zzp-maten van me hebben deze skybox gebouwd’, vertelt Bokma. Het resultaat mag er zijn.
Ook de inpandige mestscheider trekt de aandacht. Veel melkveehouders kiezen ervoor om de mestscheider op het erf te plaatsen, naast of achter de stal. Bokma vindt het juist fijn om de scheider onderdak te hebben, om schoon te kunnen werken.
Wel even wennen
Bokma nam de mestscheider van Solliq Agra in het najaar van 2021 in gebruik. Hij investeerde zo’n € 24.000 in de installatie. De melkveehouder moest wel even wennen aan het idee om zijn diepstrooiselboxen te vullen met biobedding. ‘Ik was behoorlijk sceptisch en maakte me in eerste instantie zorgen over de hygiëne.’
De melkveehouder besloot biobedding een paar maanden de kans te geven. Hij nam bovendien een kijkje bij collega-melkveehouders die er al langer mee werken. Het kostenplaatje trok de melkveehouder uiteindelijk over de streep. De kosten van stro-kalk, zaagsel en vlas liepen flink op en deden Bokma besluiten in de mestscheider te investeren. ‘Ik was eerder op jaarbasis zo’n € 15.000 kwijt aan strooiselkosten.’
Bokma’s serrestal is niet onderkelderd. De mest wordt dagelijks naar de afstortput achter de stal geschoven. Die heeft een capaciteit van 100 kuub. Op de afstortput zijn elektrische mixers aangesloten. ‘Er gaat alleen koeienmest naar de scheider. We hebben geen jongveemest of spoelwater in de afstortput’, zegt Bokma.
De mestscheider draait twee volle dagen per week. De scheider heeft een maximale capaciteit van 300 liter boxstrooisel per uur. Na het scheidingsproces loopt de dunne fractie terug naar de afstortput of direct naar het mestbassin, afhankelijk van de dikte van de mest.
Bedrijfsprofiel
De firma Bokma-Huitema heeft in Scharsterbrug een melkveebedrijf met 150 melk- en kalfkoeien en zo’n 20 stuks jongvee. Er worden 70 stuks jongvee opgefokt door de buurman, die stopte met melken. Het rollendjaargemiddelde is 9.000 liter, met 4,60% vet en 3,65% eiwit. Er is een huiskavel van 50 hectare, 5 hectare is aangekocht van de buurman en 13 hectare wordt op afstand gehuurd.
Vanuit de afstortput pompt de melkveehouder de drijfmest naar het mestbassin met een elektrische pomp. Het bassin heeft een capaciteit van 3.000 kuub. ‘Na het scheiden hou je vrij dunne mest over, die gemakkelijk uit te rijden is en goed opneembaar is voor de plant’, zegt Bokma. Hij moet op jaarbasis nog zo’n 800 kuub mest afvoeren, dat kost hem momenteel zo’n € 22,50 per kuub.
De dikke fractie die overblijft na het scheiden heeft een drogestofgehalte van circa 35% en gaat als biobedding de boxen in. Bokma loopt de boxen dagelijks meerdere keren na, om ze schoon en droog te houden. Twee keer per week strooit hij de boxen bij. Voor het instrooien maakt Bokma gebruik van een minishovel.
Op advies van Solliq Agra zorgt hij ervoor dat de boxen goed gevuld zijn, waarbij de gescheiden mest in een lichte helling wordt ingestrooid. De koeien blijven mooi schoon in de boxen, zo blijkt tijdens een rondgang door de stal. De gescheiden mest is droog en blijft niet plakken.
Niet meer bevreesd
Bokma heeft in totaal 80 diepstrooiselboxen. Daar komen binnenkort nog 20 diepstrooiselboxen bij. Op termijn wil de melkveehouder volledig overgaan op diepstrooisel. Hij werkt nu nog deels met rubberen matten als boxbedekking.
De melkveehouder heeft intussen een paar jaar ervaring met gescheiden mest als boxbedekking. Hij is overtuigd geraakt van de voordelen ervan en is niet meer bevreesd voor een negatief effect op de hygiëne. Het celgetal is stabiel en ligt rond de 150.
De focus van Bokma ligt dit voorjaar op het in de benen houden van de melkgift. De melkveehouder voert een TMR-rantsoen. Dat bevalt hem uitstekend. Hij heeft het voeren uitbesteed aan de loonwerker. ‘Afgelopen winter gaven de dieren continu 30 liter per dag. Nu de koeien weer naar buiten gaan, is de melkproductie enkele liters gezakt. Dat komt door het slechte voorjaar, met wisselend grasaanbod. Dat is niet iets om vrolijk van te worden’, besluit Bokma.